Vavryn rem zonder en met ABS
Vavryn heeft een aantal onderzoeken en veldtesten gedaan om de remprestaties van motorrijders te bepalen, met en zonder ABS.
De drie hier behandelde rapporten van Vavryn heten voluit:
K. Vavryn, M. Winkelbauer, Braking Performance of Experienced and Novice Motorcycle Riders - Results of a Field Study, Austrian Road Safety Board (KfV), Austria
Je kunt dit rapport inzien en downloaden bij de Universiteit van Nottinhgham
K. Vavryn, M. Winkelbauer, Bremsverzögerungsmessung bei Motorradfahrern mit und ohne ABS, Kuratorium für Verkehrssicherheit, Wien, 2002
K. Vavryn, M. Winkelbauer, Bremskraftregelverhalten von Motorradfahrern, Kuratorium für Verkehrssicherheit, Wien, 1998
Voor deze twee rapporten moet je bij de bibliotheek van de SWOV zijn
Auto’s en andere voertuigen (zoals vrachtauto’s) worden al dan niet verplicht voorzien van tot zeer geavanceerde actieve en passieve veiligheidssystemen. Dit is ook terug te vinden in dalende ongevalcijfers voor die voertuigen. Motorrijders daarentegen laten alleen maar (relatief) stijgende ongevalcijfers zien. Dat komt onder meer doordat motorfietsen nog steeds rondrijden met de zelfde remtechnologie als (bij wijze van spreken) 100 jaar geleden. Weliswaar werd het vermogen van reminstallaties en de doseerbaarheid sterk verbeterd, maar we zitten nog altijd met een handrem voor het voorwiel en een voetrem voor het achterwiel. De gemiddelde motorrijder is niet in staat twee verschillende remmen te bedienen, al helemaal niet in een noodgeval. Andere onderzoeken tonen dat motorrijders zelfs in een noodgeval niet de volle capaciteit van hun remsysteem durven benutten. Gemiddeld komen ze tot maar 58% daarvan.
Studies melden dat de remprestaties van motorrijders ver achterblijven bij de capacitiet van hun motorfiets, die het net zo goed doen als, of beter dan personenauto’s. Alom veronderstelt men dat ABS de meest effectieve remedie vormt voor dit probleem en de onderliggende psychologische oorzaken.
Vavryn heeft een veldstudie uitgevoerd waarbij bijna 800 testritten zijn gedaan met een vertragingsmeter. De remprestaties van 134 ervaren motorrijders werden vergeleken bij testritten op hun eigen motorfiets en remtesten op een motorfiets met ABS. Op dezelfde manier werden de prestaties gemeten van 47 kandidaten die nog moesten opgaan voor het motorrijbewijs
[In Oostenrijk konden (toen) bezitters van een rijbewijs B met een verplichte training van 6 uur een aantekening op het rijbewijs krijgen voor motorfietsen tot 125 cc; om een groep van zulke kandidaten ging het hier, redactie Mosac.eu]
Zij deden remproeven op hun lesmotor en op een 125 cc scooter met ABS.
Alle uitslagen werden geëvalueerd met inachtname van factoren als leeftijd, ervaring en houding / attitude.
Auto’s halen onder ideale omstandigheden een remvertraging van 10, moderne bussen en vrachtauto’s van 8 m/s².
Onder de ervaren motorrijders in de test haalde 13% een remvertraging van minder dan 5 m/s², deze rijders hebben een twee maal zo lange remweg nodig als een personenauto!
De gemiddelde remvertraging van alle proefpersonen op hun eigen motorfiets was 6,6 m/s². Stapten ze over op een motorfiets met ABS, dan nam dat toe tot gemiddeld 7,8 m/s². Van alle proefpersonen kon 85% hun remprestatie verbeteren. De andere 15% haalde op z’n eigen motorfiets zonder ABS al zo’n hoge remvertraging dat verbetering nauwelijks mogelijk was.
Een verbetering met tot 2 m/s² kwam het meest voor. Een kwart van de proefpersonen verbeterde zich met meer dan 2 m/s². Gemiddeld verbeterde men zich met 1,23 m/s². De grootste verbetering was 4,05 m/s². Vavryn vond ook een verslechtering, met -1,55 m/s². Het ging hier om twee groepen. In de ene konden rijders die op hun eigen motorfiets zeer goed presteerden niet meteen goed overweg met de voor hen nieuwe ABS-motorfiets. In de andere ging het om angstige rijders die het ABS niet vertrouwden.
Een aantal proefpersoenen had al een eigen motorfiets met ABS. Ook zij verbeterden zich opvallend. Vavryn concludeert hieruit dat remmen met volle benutting van de capaciteit van het remsysteem en het ABS pas na een theoretische uitleg en enige oefening tot stand kan komen.
Vavryn vond dat de leeftijd van de proefpersoon geen relatie vertoonde met de remvertraging met en zonder ABS.
De rijervaring, uitgedrukt in het jaarlijks gereden aantal kilometers, was een belangrijke factor. De remvertraging behaald op de eigen motorfiets correleerde sterk met dat kilometrage.
Proefpersonen die op hun eigen motorfiets zonder ABS een relatief grote remvertraging haalden deden dat ook op de motorfiets met ABS.
Vavryn vond geen verband tussen de eigen inschatting van de rijervaring of de rijstijl aan de ene kant en de behaalde remvertragingen aan de andere.
Dagelijkse rijders haalden op hun eigen motorfiets grotere remvertragingen dan weekend-rijders. Op de ABS-motorfiets haalden beide groepen echter gelijke remvertragingen. De verbetering bij de weekeind-rijders was 0,45 m/s² groter dan bij de dagelijkse rijders.
Vavryn vond het verrassend dat de rijders met motorrijles [en dus niet meer dan 6 uur rijervaring! Redactie Mosac.eu] het op een ABS-motor bijna even goed deden als de groep “ervaren” motorrijders.
Vavryn concludeert dat de remresultaten van een motorrijder op twee manieren moeten worden bekeken. Aan de ene kant hangt de kunde om remkrachten op te bouwen zover als de omstandigheden toelaten sterk van de rijervaring af. Aan de andere kant is het belangrijk de ABS-techniek te vertrouwen en onbewuste angsten te onderdrukken.
Vavryn noteerde de reacties van de proefpersoenen tijdens de proeven.
De meerderheid van de proefpersonen en zeker de nieuwelingen waren onder de indruk van het gemak waarmee ze met ABS-motorfietsen een noodstop maakten.
De meeste proefpersonen hadden interesse in de aanschaf van een motorfiets met ABS; enkelen waren bang dat ze zich dat niet konden veroorloven.
Slechts een paar proefpersoenen ontkenden het nut van ABS, maar vooral uit financiele motieven. Anderen stelden juist dat ABS verplichte motoruitrusting zou moeten worden.
Conclusies Vavryn:
Motorrijders remmen op een ABS-motorfiets harder, gemiddeld 1,24 m/s² beter dan op hun eigen motorfiets zonder ABS. Maatregelen om het toepassen van ABS verder te verbreiden, waaronder verplichte uitrusting, zijn dringend nodig.
Om met ABS doelmatig te kunnen omgaan moeten motorrijders een uitleg krijgen van de achtergonden van ABS en enige oefeningen doen. Vervolgens zullen ze met maar heel weinig oefening goede remmingen laten zien.
Vavryn adviseert de technische achtergronden van ABS en het oefenen ermee op te nemen in het curriculum van basisopleidingen.
In het rapport Bremskraftregelverhalten von Motorradfahrern doet Vavryn verslag van testen met een steekproefsgewijze verzameld aantal van 100 motorrijders. De onderzoekers wilden de invloed op de remsprestaties meten van de volgende factoren: leeftijd, geslacht, ervaring, zelfinschatting, al of niet lid van een motorclub, voegere motorongevallen en de invloed van de dagelijks gebruikte motorfiets.
De onderzoekers wilden weten:
- welk gedrag tot slechte remprestaties leidt en (dus) hoe de gemiddelde motorrijder goed kan leren remmen;
- welke instructies een motorrijder op het gebied van remmen nodig heeft om hem in staat te stellen veilig aan het verkeer deel te nemen;
- welke maatregelen in de opleiding nodig zijn om de remprestaties te verbeteren.
De proefpersonen werden gerekruteerd uit deelnemers aan voortgezette opleidingen. Allen voerden twee remproeven uit op een en dezelfde testmotor. De grootste gemeten remvertraging was 8,6 m/s², de laagste 3,6 m/s². Het gemiddelde lag op 6,0 m/s².
Vavryn c.s. berekenden dat de gemiddelde maximaal haalbare remvertraging ter plaatse (afhankelijk van de beschikbare hechting tussen banden en wegdek en de remvertraging waarbij het achterwiel van de testmotor los van het wegdek zou komen en dus ook van de grootte en het gewicht van de berijder) 10,9 m/s² was.
Bij de gemiddelde noodstop kwam de motorrijder dus tot maar (6,0 / 10,9 is) 55% van wat mogelijk was.
De remprestatie neemt toe met de rijervaring (in jaarkilometrage en jaren gereden). Deze toename van de remprestatie kan worden toegeschreven aan het in dezelfde mate meer gebruiken van de voorrem.
Over de remkrachtverdeling over voor- en achterwiel meldt Vavryn het volgende. Gemiddeld gebruikt men nog niet eens de helft van de volle capaciteit van de voorrem. Meer dan 90% van de proefpersonen remde te veel met de achterrem, vergeleken met wat uit de ideale remkrachtverdeling voortvloeide. Proefpersonen die het achterwiel zelfs blokkeerden kwamen gemiddeld tot een geringere remprestatie. Vaak losten proefpersoenen die het achterwiel blokkeerden niet alleen de achterrem, maar tegelijk daarmee ook de voorrem.
Dit tekent een dilemma. Voor optimaal gebruik van de voorrem is een optimale benutting van de achterrem een noodzakelijke voorwaarde.
Vavryn adviseert motorrijders aan het begin van het seizoen een opwarmtraining te doen om het remmen aan te scherpen.
Verder zou iedere motorrijder een vervolgopleiding moeten volgen om de theoretische achtergronden van remmen en de noodstop uitgelegd te krijgen en daar vervolgens mee te oefenen.
Hij adviseert vervolgens elke remming in het verkeer uit voeren als een noodstop (niet waar het de remvertraging betreft, maar met dezelfde techniek). Uit onderzoek blijkt namelijk dat motorrijders een noodstop automatisch op dezelfde manier uitvoeren als de normale remming in het verkeer. Andersom zou daarom de remming in het verkeer bij elke uitvoering dienen als training voor een eventuele noodstop.
© 2020 MOSAC. All Rights Reserved. | Mosac.eu is een onderdeel van Motorprofessional.nl.